Voetbal op rubbergranulaat buitenspel?
14 oktober 2016
Op 30 augustus 2006 verschenen al artikelen met koppen als “Giftige gassen boven kunstgrasvelden” (Telegraaf) en “Giftige stof gevonden boven kunstgrasveld” (Trouw).[1] Beide artikelen gaan over een kunstgrasveld in Arnhem waarboven destijds giftige gassen en stofdeeltjes zijn aangetroffen. Het RIVM is naar aanleiding van de bevindingen in de gemeente Arnhem een onderzoek gestart, tevens adviseerde zij toen om de bouw van nieuwe kunstgrasvelden met rubber te staken en te wachten met het uitstrooien van de rubberkorrels. Nu, tien jaar later gaat hetzelfde balletje opnieuw rollen. Anno 2016 liggen er in Nederland meer dan 2000 kunstgrasvelden, 90% van die kunstgrasvelden zijn ingestrooid met rubbergranulaat. In Nederland spelen veel verenigingen op kunstgras omdat het kunstgras, in tegenstelling tot gras, altijd bespeelbaar is en goedkoper is in onderhoud.
Verenigde Staten
In de Verenigde Staten heerst al langer onrust over de kruimels van gerecyclede autobanden op kunstgrasvelden. Men speculeert daar al een tijd over een mogelijk een associatie met vaak sporten op kunstgras dat met rubbergranulaat is ingelegd en het ontwikkelen van kanker, naar aanleiding van een lijstje opgesteld door de Amerikaanse Amy Griffin, waarin spelers opgenomen zijn die op kunstgras met rubberkorrels hebben gespeeld en kanker hebben gekregen. In februari van dit jaar is de U.S. Environmental Protection Agency (EPA)begonnen met een grootschalig onderzoek naar de rubberen kruimels op sport- en speelvelden.[2] Het onderzoek bevindt zich op dit moment in de data verzamel-fase. Eind van het jaar wordt de uitslag van dit onderzoek verwacht. Geheel toevallig wordt na de uitslag van het Amerikaanse onderzoek, de uitslag van het RIVM verwacht.
Uitzending Zembla
In de recente uitzending van Zembla is naar voren gekomen dat de exacte samenstelling van de gemalen autobanden voor de banden- en rubberfabrikanten onbekend is, tevens is het soms voorgekomen dat er ook materiaal niet afkomstig van oude autobanden verwerkt is in de korrels. Tot op heden is dus niet uitgesloten dat de rubbergranulaat niet schadelijk is omdat de samenstelling kan verschillen en hiermee ook de schadelijke effecten. In Hendrik-Ido-Ambacht werden omwonenden van een met rubbergranulaat ingelegd kunstgrasveld zes jaar geleden ziek. Of dit geval toeval betreft of verband houdt met het rubbergranulaat is nog onduidelijk. Het veld is vervangen en de klachten van omwonenden blijven sedertdien uit. Naar aanleiding van de uitzending van Zembla heeft minister Schippers het RIVM uit voorzorg gevraagd met spoed extra onderzoek te doen.
Onderzoek
Het RIVM gaat per direct aan de slag met een nieuwe onderzoeksopzet. Tijdens het onderzoek worden naast nationale ook internationale onderzoeken over kunstgras (nogmaals) bestudeerd. Verder heeft het RIVM laten weten dat er tussen de 50 á 100 Nederlandse kunstgrasvelden grondig onderzocht gaan worden op de aanwezige stoffen in het rubber. Om het onderzoek zo representatief mogelijk te maken zal de KNVB dit onderzoek steunen door te helpen met de selectie van deze velden. Het RIVM heeft in 2006 eerder onderzoek laten doen. Op basis van literatuuronderzoek van buitenlandse onderzoeken heeft zij destijds geconcludeerd dat kunstgrasvelden veilig zijn. In de buitenlandse onderzoeken was echter nog nooit gekeken naar de invloed van nitrosaminen, waarvan juist in Arnhem te hoge concentraties waren aangetroffen die op lange termijn zouden kunnen lijden tot een verhoogd risico op kanker. Het RIVM is toen zelf een onderzoek gestart naar nitrosaminen. Uit dit onderzoek werd geconcludeerd dat het materiaalonderzoek laat zien dat nitrosaminen slechts in geringe mate uit rubbergranulaat kunnen worden vrijgemaakt.[3] En dat tijdens het sporten op met rubbergranulaat ingestrooide kunstgrasvelden geen gezondheidsrisico is te verwachten ten gevolge van blootstelling aan nitrosaminen. Het nieuwe onderzoek van het RIVM zal zich richten op technisch literatuuronderzoek, waarbij de onderzoeksresultaten van alle relevante literatuur beoordeeld worden. Hierna zullen de bevindingen worden gecombineerd met een representatief onderzoek naar de concentraties van PAK’s (polycyclische aromatische koolwaterstoffen) en andere stoffen in het granulaat die mogelijk effect hebben op de gezondheid van spelers. Tevens zal ook de European Chemical Agency (ECHA) in opdracht van de Europese Commissie onderzoek doet naar de risico’s van rubbergranulaat, deze onderzoeksresultaten worden begin 2017 verwacht. Op 1 juni 2016 heeft de Europese Commissie ECHA verzocht om rubbergranulaat te onderzoeken, voor de Zembla uitzending.[4]
Aansprakelijkheid leverancier
Wanneer blijkt dat rubbergranulaat toch schadelijk is, en er gevallen zijn waarin een verband tussen het contact met rubbergranulaat en de (letsel)schade kan worden aangetoond, is de vraag wie er voor deze schade aansprakelijk is?
Binnen de EU is de REACH verordening van toepassing, REACH staat voor: Registratie, Evaluatie, Autorisatie en restrictie van Chemische stoffen. REACH is een verordening van de Europese Unie die is aangenomen om onder andere de gezondheid van de mens en het milieu beter te beschermen tegen de risico’s die chemische stoffen kunnen opleveren. Op basis van REACH zijn de producent, leverancier en/of importeur van mengsels van stoffen, zoals rubbergranulaat, verantwoordelijk voor veilig gebruik van het product.[5] Artikel 126 REACH bepaalt dat wanneer de verordening wordt geschonden de lidstaat nader te bepalen sancties zal toepassen. De REACH verordening vloeit voort uit het voorzorgsbeginsel welke door het Hof van Justitie in de Greenpeace-zaak is geformuleerd.[6] Het voorzorgbeginsel houdt in dat lidstaten ter bescherming van de menselijke gezond- en veiligheid tijdelijke maatregelen kunnen nemen.[7] REACH zorgt er dus voor dat staten actie kunnen ondernemen tegen producenten, leveranciers en/of importeurs die niet volgens de REACH verordening omgaan met chemische stoffen. Daarnaast is in REACH ook een beperking van het gebruik van bepaalde stoffen opgenomen, waaronder PAK’s. Banden of delen van banden mogen niet op de markt worden gebracht als zij: meer dan 1 mg/kg PAK’s bevatten.
Wat betreft de aansprakelijkheidsvraag is productaansprakelijkheid van toepassing. In onderhavig geval, wanneer rubbergranulaat schadelijk blijkt, is de producent van een schadelijk kunstgrasveld op grond van artikel 6:185 lid 1 BW jo. 6:186 lid 1 BW aansprakelijk. Het product blijkt immers gebrekkig nu het niet de veiligheid biedt die men redelijkerwijs mocht verwachten. Een gebrek wordt beoordeeld aan de hand van de stand van de wetenschap op het moment dat een product in het verkeer is gebracht, artikel 6:185 lid 1 sub e BW. Dit zou kunnen beteken dat producenten zich mogelijk zouden kunnen onttrekken aan aansprakelijke nu zij ten tijde van het leggen van een veld onbekend waren met de mogelijk schadelijke gevolgen. De maatstaf van ‘onwetendheid’ is streng. Om zich op grond van aansprakelijkheid te kunnen bevrijden, moet de producent van een gebrekkig product aan kunnen tonen “dat het op grond van de objectieve stand van de wetenschap en technische kennis, op het tijdstip waarop hij het betrokken product in het verkeer bracht, onmogelijk was het gebrek te ontdekken”, aldus het Hof van Justitie.[8] De stand van techniek ziet op de mondiale kennis die destijds beschikbaar was. Sinds 2006 zijn herhaaldelijk zorgen geuit over de mogelijk schadelijke gevolgen van rubbergranulaat, ook binnen het toenmalige ministerie van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer.[9] De Hoge Raad heeft in 1999 geformuleerd dat “een fabrikant in het algemeen maatregelen zal moeten nemen die van hem, als zorgvuldig fabrikant, kan worden verwacht om te voorkomen dat het in het verkeer gebrachte product schade veroorzaakt.” De fabrikant heeft een onderzoeksplicht: “hij dient zich zelf ervan te vergewissen welk effect een nieuw of vernieuwd product (eindproduct of niet) zal hebben in de voor de hand liggende toepassingen ervan”.[10] Wanneer rubbergranulaat schadelijk blijkt zal gekeken moeten worden naar de maatregelen die een fabrikant/leverancier heeft genomen om te voorkomen dat het product schade heeft veroorzaakt.
De koper van de velden mag verwachten dat de velden eigenschappen bezitten die voor normaal gebruik van toepassing zijn, mogelijke aanwezigheid van schadelijke stoffen behoort hier niet toe. Wanneer blijkt dat rubbergranulaat schadelijk is kunnen de clubs de leverancier op grond van product non-conformiteit, artikel 7:17 BW de leverancier aanspreken. In de wet is geen termijn gesteld tot wanneer een koper zich kan beroepen op non-conformiteit. Wel moet de non-conformiteit binnen 2 maanden na ontdekking bij de leverancier worden gemeld, artikel 7:23 lid 1 BW. Indien de leverancier de velden ook kan voorzien van kurk en dus kan vervangen, zal hij eerst in gebreke worden gesteld. In deze tijd krijgt de leverancier de mogelijkheid om zijn tekortkoming op te lossen en dus de velden te vervangen dan wel aan te passen.
Aansprakelijkheid vereniging
Hier moet onderscheid gemaakt worden tussen velden die eigendom zijn van de gemeente en velden die eigendom zijn van de sportvereniging. Veel velden in, bijvoorbeeld, de gemeente Utrecht zijn eigendom van de gemeente. Wanneer de velden eigendom zijn van de vereniging, kan de vereniging op grond van productaansprakelijk de leverancier aanspreken. Overige gelaedeerden kunnen op grond van een onrechtmatige daadsactie of productaansprakelijkheid tegen leveranciers procederen.
Een vereniging heeft de verantwoordelijkheid de aanwezige en kenbare risico’s zo beperkt mogelijk te houden. Het bestuur is hier als collectief voor verantwoordelijk, artikel 2:9 BW. Op het moment dat het bestuur of een bestuurslid verwijtbaar tekort is gekomen of verwijtbaar onjuist heeft gehandeld kan de bestuurder op grond van bestuurdersaansprakelijkheid worden aangesproken. In onderhavig geval lijkt dit vergezocht nu niet verwijtbaar is gehandeld door, bijvoorbeeld, te kiezen voor aanleg van kunstgras dat met rubbergranulaat is ingelegd. De KNVB en het RIVM, gingen er tot voor kort vanuit dat rubbergranulaat geen kwaad kon, en dit is wellicht ook het geval. Bestuurders mochten hier redelijkerwijs uit opmaken dat het aanleggen van nieuwe kunstgrasvelden met rubber geen onjuiste handeling was.
Hetgeen hiervoor besproken is uiteraard alleen van toepassing wanneer blijkt dat rubbergranulaat schadelijk is.
[1] http://www.trouw.nl/tr/nl/4324/Nieuws/article/detail/1513116/2006/08/30/Giftige-stof-gevonden-boven-kunstgrasveld.dhtml
[2] https://www.epa.gov/chemical-research/federal-research-recycled-tire-crumb-used-playing-fields
[3] http://sportengemeenten.nl/wp-content/uploads/2016/10/RIVM-2006-onderzoek-Nitrosaminen-uit-rubbergranulaat.pdf
[4] https://echa.europa.eu/documents/10162/13641/echa_rest_proposals_rubber_granules_en.pdf
[5]http://www.rivm.nl/Documenten_en_publicaties/Algemeen_Actueel/Veelgestelde_vragen/Milieu_Leefomgeving/Antwoorden_nav_van_vragen_na_uitzending_Zembla
[6] Zaak C-6/99 (Association Greenpeace France e.a. tegen Ministère de l’Agriculture et de la Pêche) Jur. 2000, I-1651.
[7] https://www.gezondheidsraad.nl/sites/default/files/200303A_0.pdf blz. 120.
[8] HvJ EG 29 mei 1997, zaak C-3000/95, Jur. EG 1997, p. I-2469, NJ 1998 522 (Commissie/Verenigd Koninkrijk).
[9]http://www.rivm.nl/dsresource?type=pdf&disposition=inline&objectid=rivmp:323631&versionid=&subobjectname
[10] HR 22 oktober 1999, NJ 2000, 159 m.nt. A.R. Bloembergen (Koolhaas/Rockwool), rov. 3.5.